Een stofzuiger met een kapotte filter.
Ik wil deze concertbespreking eigenlijk beginnen met een persoonlijke challenge. Eentje waarin ik ga proberen geen flauwe woordspeling te maken op de bandnaam Nothing. Het wordt een hele uitdagen maar nothing can stop me now! Nothing new under the sun voor de mensen die me kennen, maar dit hebben we dan ook alweer gehad.
De Botanique was de place to be, en meerbepaald de wondermooie Rotonde. Ik weet niet als het ok is om als mens van vlees en bloed zo verliefd te zijn op een venue. Werkelijk een pareltje in het Belgische circuit.
Cere uit Brussel mocht de spits afbijten met hun diverse sound. Voor een relatief jonge band te zijn (vorig jaar hun eerste werk uitgebracht) hebben ze best wel al een podium présence en een hele resem songs die schipperen tussen punk, noise en her en der wat vlagen shoegaze. Al bij al dus een terechte keuze om ze in het voorprogramma te zetten vanavond. De zaal was meteen goedgevuld en je merkte het wel een beetje op dat ze een thuismatch speelden. Wat me zeker opviel was de ongebreidelde energie die van de drummer afspatte en die het zich al snel besloeg van een trui aan te doen op het podium. De tijd vloog voorbij alsof het nothing was en even later was het al voorbij.
Veel geroezemoes en gezonde nervositeit vulde de zaal en je ervaarde gewoon dat het publiek blij was dat Nothing eindelijk nog eens in Brussel stond. The Great Dismal is ondertussen al een goed anderhalf jaar uit. En zoals zanger Domenic tijdens de show ergens zei “we shot ourselves out of a canonball and we’re still here”. De band heeft voor deze tour risico’s genomen (met ook nog 2 nieuwe leden op de koop toe) en gewoon gedacht van fuck it, we will see what happens.
Maar ondanks het feit dat het een beetje een tour was in’t teken van hun laatste album begon de band toch met een nummer uit de debuutplaat. Meteen veel het loepzuivere geluid op van Domenic. Een dikke pluim op de hoed van de geluidsman en ook op die van Domenic zelf, want je merkt dat hij constant bezig is met klanken. Altijd leuk om een frontman zo geïnvesteerd te zien. Nieuw en oud werk werden vlot afgewisseld en als een van de vaandeldragers van de shoegaze revival, nu-gaze , maakten ze hun koninklijke status meer dan waar. Zelf is de band niet vies van wat zelfspot en zelfrelativering en op hun nieuwe merch prijkt dan ook de term post-shoegaze. Muzikaal zat je op een gegeven moment op een dromerig tapijt om er een minuut later afgejaagd te worden door een stofzuiger met een kapotte filter. Noise en reverb en een geluidsmuur die je op ettelijke seconden kan vloeren.
Voor de show had de organisatie ook al melding gemaakt van de decibelmeter en dat ze erop moesten letten van een constant geluidsniveau te behouden. De 2 kleine pauzes en gesprekjes met de zanger op het podium waren volgens de frontman goed omdat niveau te behouden. Tot vlak voor het bisnummer hij leuk zegt “my soundguy said that my guitar volume was way too low the whole time so I turned up all the way”. Daar wordt je toch gewoon volledig blij van, al zullen je trommelvliezen wel even anders denken.
Al bij al was dit een overwinningstocht voor de band. Oude zieltjes werden behouden en nieuwe zieltjes werden ongetwijfeld gewonnen vanwege de diversiteit in de setlist. De band speelt deze maand nog een aantal data in Nederland en België en neem het van me aan. Dit wil je gezien hebben.
Afsluiten doe ik met een flard uit een song van hun :
Nothing’s a surprise.
Maandag 11 April 2022, Botanique (Brussel) |
Foto's: Karel Uyttendaele (waarvoor dank) Tekst: Andy Decroos