02 april 2019, La Madeleine (Brussel)
Wanneer je een groep/muzikant voor een derde maal in 4 maand de tijd live aan het werk ziet, dan zou je als 'fan' kunnen bestempeld worden. Bestaat die band echter uit twee immens talentrijke en aantrekkelijke dames én zitten er verplaatsingen naar Keulen en Amsterdam tussen, dan steekt de term 'stalker' voorzichtig de kop op, niet?
Megan en Rebecca van Larkin Poe hebben er net een succesvolle EU/UK club tour op zitten: 20 van de 22 shows waren uitverkocht. Eén van de (net) niet uitverkochte avonden was deze in....La Madeleine (Brussel). En toch was het een enorm succes gezien er zomaar even een kleine 500 fans kwamen opdagen, wat evenveel was als in een uitverkochte Luxor (Keulen) en méér dan in een uitverkochte Bitterzoet (Amsterdam). Proficiat dames, zoiets flikken in België is erg straf! De tevredenheid over deze turnout kon je dan ook duidelijk van de gezichten aflezen en als dank werd het publiek beloond met - nog maar eens - een schitterend optreden.
Voor mij was het een eerste kennismaking met deze prachtige moderne zaal vlakbij het centraal station. Meteen valt de speciale constructie achter het podium op, m.n. de trappen die aan beide zijden dat podium flankeren alsook de halve maan vorm waardoor je ook vanop de zijkant een mooi zicht op de band hebt. En als die band dan nog eens bestaat uit twee dames die perfect elke centimeter van dat podium weten te benutten en veelal het contact met hun fans opzoeken, dan hoeft enkel de klank en de setlist nog mee te zitten. Wat ook deze avond het geval was.
Na hun vaste intro komen de Lovell zusjes vanuit de coulissen en zetten onder luid gejuich Summertime Sunset in, waarna het swingende Trouble In Mind volgt. En dus kunnen we wat de songs betreft kort zijn: op een kleine switch na - Black Echo komt deze keer vóór Might As Well Be Me - blijft de opbouw identiek aan deze in Amsterdam. Zoals steeds is er erg veel interactie tussen de frontvrouwen en wordt ook het publiek opnieuw sterk betrokken. Tijdens Black Betty horen we de respons uit bijna 500 kelen en de melding dat Venom & Faith dankzij de steun van hun fans op #1 in de Billboard Blues charts (V.S.) is beland, krijgt een welverdiend applaus. Dubbel en dik verdiend gezien Larkin Poe hun albums volledig in eigen beheer uitbrengt.
Het is opnieuw genieten van het prachtige slidewerk van Megan in diverse nummers, van de krachtige, donkere en zwoele stem van Rebecca én van de mooie tweestemmige harmonies. Megan mag dan al haar eigen stem niet graag horen, als support voor haar jongere zus doet ze dat zéér goed. Tijdens Look Away horen we voor het eerst ook wat keyboards in de achtergrond, terwijl California King - één van mijn favorieten - ingeleid wordt door een banjo. Dat leidt dan weer tot een korte babbel: Rebecca geeft, met een vette knipoog, mee dat het tunen van haar banjo één van haar favoriete momenten tijdens hun optredens is, waarop een kort lachje van Megan. En hup, de John The Revelator neemt ons mee naar de hoogdagen van de traditionele Blues.
Want ja, Larkin Poe brengen Blues, met erg veel respect voor de tradities terwijl ze er hun eigen moderne draai aan geven. Hun Roots/Blues krijgt regelmatig een serieuze scheut peper en wordt dan badass zoals in Wanted Woman/... of groovy zoals in Black Echo, met een solospot voor beide. Look Away drijft dan weer op een moderne drumbeat en tijdens het rustige Might As Well Be Me voelen we Country invloeden. Of zoals ze het zelf noemen: "A sappy ballad", nadat een fan het oudere rockende Sucker Puncher vroeg, exact het tegengestelde dus. En zo weten ze ook steeds een wending te geven aan requests vanuit het publiek en toch aan hun setlist vast te houden. Nog even vermelden dat het erg persoonlijke Mad As A Hatter subliem mooi vocaal uitdooft. Daar had ik eerder niet op gelet.
Afsluiten doen ze zoals gewoonlijk met hun Robert Johnson cover, waarbij ze alle aanwezigen in hun keuken uitnodigen. Alle muzikanten mooi vooraan het podium maar zonder dat Rebecca het publiek induikt. Dat zou hier net iets te moeilijk zijn geweest gezien de fotopit tussen podium en publiek. Maar goed dat ze naar goede gewoonte haar klok (tussen haar pedals) in de gaten hield, want met de erg strikte curfew had dit laatste nummer ingekort moeten worden. Professionals zoals ze zijn, lieten ze echter de korte pauze na de reguliere set voor wat het was en konden we volop genieten van Come On In My Kitchen alvorens huiswaarts te keren.
Je zou denken dat De Lovells nu huiswaarts trekken voor een welverdiende rust? Zo zit het leven van een hardwerkende muzikant echter niet in elkaar. Na enkele UK shows gaat het richting Australië en Nieuw-Zeeland, daarna volgt een korte V.S. tour waarna ze terug richting ons land trekken voor hun optreden in Vorst Nationaal op 25 juni (als special guest van ZZ Top!). Vlug even 2 festivals in Zweden en Finland erachter plakken alvorens terug richting Canada en V.S. Volgt opnieuw Scandinavië, New York (Woodstock), de Keeping The Blues Alive At Sea tocht vanuit Barcelona en tot slot enkele dates in het Verre Oosten. Om dan het najaar in te gaan.
Succes en hopelijk tot binnenkort.
Setlist
Summertime Sunset
Trouble in Mind
Black Betty (Lead Belly cover)
Bleach Blonde Bottle Blues
Look Away
Preachin' Blues (Son House cover)
Freedom
California King
John the Revelator (traditional] cover)
BLACK ECHO
Might As Well Be Me
Hard Time Killing Floor Blues
Mad as a Hatter
Run for Your Money
Blue Ridge Mountains
Wanted Woman / AC/DC Come On In My Kitchen (Robert Johnson cover)